December 2019 schreef ik een blog met de titel “Ingrijpende werkelijkheid”. Het ging over de veranderlijkheid. Niets kan hier zijn stand behouden, alles verandert. Wat is dat ontzettend waar (geweest), maar zeker vanaf eind februari in ons land ook zo zichtbaar waar geworden.

In verband met een voor ons oog onzichtbaar virus, dat kan leiden tot een ernstig ziek-zijn, zijn er ingrijpende maatregelen gekomen, die het dagelijks leven drastisch hebben veranderd.

Mensen mogen elkaar niet meer nabij komen. Een afstand van 1,5 meter is geboden. Sociale contacten moeten zoveel mogelijk gemeden worden. Samenkomsten, in allerlei verbanden, zijn niet zondermeer toegestaan.

Wat is dit zichtbaar, merkbaar, voelbaar… Om ons heen, op straat en in huis. Voor de een is alles al meer realistisch, dan voor de ander. De een zit zoveel mogelijk binnen. Buiten schijnt de zon, een stralend blauwe lucht. Maar het is stil… De ander moet of mag nog naar het werk. Er zijn ook mensen die de ingrijpende gevolgen merken juist met betrekking tot of in hun werk. De kinderen ontvangen waar mogelijk thuisonderwijs. Wat komt er veel op ouders, op gezinnen, af. Oudere of meer kwetsbare mensen ontvangen zo min mogelijk bezoek. Soms is bezoek zelfs niet meer toegestaan. Bij de een is het besef van de ernst al meer doorgedrongen, dan bij de ander… De een is al meer geconfronteerd met het ziek-zijn, lijden, zeer droevige omstandigheden of rouw, dan de ander.

Het is merkbaar, buiten ons én binnen in ons. Het raakt ons allemaal. Jong en oud, klein en groot. Levend in een gezin, of alleenstaand. Ieder met zijn eigen gevoelens, gedachten. Angsten en onzekerheden. Vragen en raadsels. Gebeden en smekingen.

We hebben allemaal te maken met grote onzekerheid… We leven allemaal in de werkelijkheid van de grote zekerheid over deze onzekerheid: “wat zal morgen zijn?”. 
Wat is het moeilijk, om te leven met onzekerheid… Wat zijn er veel vragen, waarop wij geen antwoord weten…  Hoelang zal dit duren? Hoe zwaar zal het ons land, onze familie en dierbaren, ons persoonlijk leven treffen? Misschien zijn er zelfs “waarom-vragen”… of misschien mogen wij bezet zijn met de vraag “waartoe”?

Terwijl ik schrijf “het leven is drastisch veranderd”, vraag ik me af: is dat eigenlijk wel zo? Waren er eigenlijk wel zekerheden? Bestonden er wel vanzelfsprekendheden? Ten diepste is er niets veranderd… Ook voor 27 februari 2020 was er geen zekerheid over de vraag “wat zal morgen zijn?”. Ook voor de uitbraak van het Coronavirus was het waar “de dood wenkt ieder uur”. Wat hebben we daar misschien weinig bij stil gestaan… Wat hebben we veel dingen gewoon gevonden, niet gewaardeerd, de rijkdom ervan niet beseft. Eten en drinken. Kleding. Vrijheid. Kerkgang. Werk en school. Familie en contacten. Zorg en verzorging. Nabijheid en aanraking… Wat leek het allemaal vanzelfsprekend. Hoe zijn we, hoe ben ik, daar mee omgegaan?

En nu… alles is veranderd. Alles is onzeker. Niets is vanzelfsprekend. Zekerheid over grote onzekerheid…
Is het eigenlijk wel zo, zoals ik het nu schrijf?  Is alles veranderd? Is er niets zeker? Zijn we werkelijk zeker over de onzekerheid? Is er werkelijk onzekerheid over de Zekerheid? In de blog “Ingrijpende werkelijkheid”, bij de overgang van 2019 naar 2020 mocht ik schrijven: Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en in der eeuwigheid. Hij leeft en is er bij, ook in 2020.

Over het werk dat Hij heeft volbracht en aangebracht, en waarbij we mogen stilstaan met Goede Vrijdag, wordt geschreven in Jesaja 32: 17: “Het werk der gerechtigheid zal vrede zijn; en de werking der gerechtigheid zal zijn gerustheid en zekerheid tot in eeuwigheid.” En die God is een God van volkomen zaligheid; en bij de HEERE, de Heere, zijn uitkomsten tegen de dood (Ps. 68).